Waterzuivering door middel van een drijvend miniparkje van zo’n 300 vierkante meter. Een innovatie die afgelopen vrijdag in het ‘Buizengat’ in Kralingen werd onthuld. Het moet de leefkwaliteit in de wijk verhogen, de kwaliteit van het water verbeteren en een goed leefklimaat voor vissen en andere flora en fauna scheppen.
Het project ‘Drijvend Groen’ is een ontwikkeling van het jonge bedrijf Urban Green, Rijkswaterstaat en de gemeente Rotterdam.
Waterzuivering
Enerzijds is het park ontwikkeld vanuit de wens om de stad Rotterdam te vergroenen. Anderzijds is het groene eilandje bedoeld als testcase voor een nieuwe wijze van waterzuivering en als aanjager van flora en fauna in de stad. In Rotterdam zijn veel plekken die vroeger tot de havens behoorden, maar waar nu woningen aan de oever staan. Het water tussen de Van Brienenoordbrug en Hoek van Holland voldoet niet aan de Europese norm voor waterkwaliteit. Omdat de stenen oevers van de (voormalige) havens zich niet gemakkelijk lenen voor natuurvriendelijke oevers, is voor deze oplossing gekozen.
Eerste drijvende park
Het drijvende parkje is zo’n 300 vierkante meter groot. De wortels van de planten moeten zorgen voor waterzuivering door opname van slibdeeltjes. Wanneer het eilandje blijkt te functioneren, zullen er in Rotterdam de komende jaren een kilometer aan dergelijke drijvende tuinen worden aangelegd. Daar is vijf miljoen euro voor gereserveerd. Volgens initiatiefnemer en Urban Green-directeur Tieme Haddeman is er sprake van het eerste drijvende park in Europa.
Stedelijke ontwikkeling
De gemeente Rotterdam zet naar eigen zeggen in op innovatieve oplossingen om havens die niet meer in gebruik zijn te betrekken bij stedelijke ontwikkeling. Wethouder Pex Langenberg op rotterdam.nl: ‘We bieden partijen als Urban Green letterlijk de ruimte om te experimenteren met innovatieve concepten. De aanleg van natuurvriendelijke oevers in Rotterdam valt mooi samen met de Rotterdamse vergroeningsopgave. Op deze manier zorgt Rijkswaterstaat samen met Rotterdam voor verbetering van de verblijfskwaliteit én de ecologische kwaliteit van de rivier.’