140 publieke en private partners nemen de verantwoordelijkheid om de afspraken uit het Convenant Toekomstbestendig Bouwen te dragen. Sneller, betaalbaarder en ook op de langere termijn toekomstbestendige woningen bouwen. Dat vraagt om eenduidige afspraken tussen overheid en markt. Dat moet lukken volgens de gedreven ondertekenaars van het convenant 2.0.
“Voor het jaarlijkse congres Toekomstbestendig Bouwen kwamen meer dan 200 mensen naar Amersfoort”
Zij kwamen onlangs onder meer bijeen om de nieuwste versie van het convenant te lanceren en inspiratie op te doen over toekomstbestendig bouwen. 15 nieuwe ondertekenaars van het convenant werden welkom geheten.
Nieuwe ondertekenaars convenant
Onder meer Heutink Groep, adviesbureau Merosch, Cirkelstad, gemeente Hilversum en AG NOVA architecten ondertekenden het Convenant Toekomstbestendig Bouwen. Daarmee komt het aantal ondertekenaars op meer dan 140 uit. Hieronder zijn meer dan 50 gemeenten en meer dan 50 ontwikkelaars en bouwbedrijven. Elke organisatie heeft zijn eigen motivatie.
Heutink Groep wil graag samen bijdragen aan het versnellen en toekomstbestendig maken van de woningbouw. AG NOVA Architecten sluit zich aan vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid tot verduurzaming. En gemeente Hilversum wil graag op een marktgedragen manier de toekomstbestendigheid van nieuwbouw verbeteren.
Convenant 2.0: aangescherpte standaard
De provincies Noord- en Zuid-Holland, Flevoland en Utrecht nemen hun verantwoordelijkheid om samen met alle ondertekenaars het convenant te blijven ontwikkelen.
Gedeputeerde Rob van Muilekom van de provincie Utrecht lanceerde tijdens het congres de nieuwste versie van het convenant. Het is een nieuw en aangescherpte standaard voor toekomstbestendig bouwen. De nieuwe versie van het convenant kwam tot stand na kennissessies en feedbackmomenten met de partners van het Convenant Toekomstbestendig Bouwen.
Het toetsingskader is geharmoniseerd met de leidraad van Het Nieuwe Normaal en de landelijke Maatlat Groene Klimaatadaptieve Gebouwde Omgeving. Daarmee is de ontwikkeling van één landelijke standaard voor toekomstbestendig bouwen een stap dichterbij.
Cadeautje voor Mona Keijzer
Rob van Muilekom: “Deze nieuwe versie is een cadeautje voor minister Keijzer. Ik ben benieuwd hoe ze dat gaat aannemen. Op de Woontop van binnenkort moet dit onderwerp op de agenda”. Van Muilekom deed een duidelijke oproep aan de andere acht provincies om snel aan te sluiten.
Tijdens het congres zijn de partners, vooruitlopend op de Woontop, verder in gesprek gegaan over toekomstbestendig bouwen in Nederland.
Er waren onder meer keynotes van Sandra Nap en Gertjan de Werk. Hoe is toekomstbestendig bouwen mogelijk zonder dat dit ten koste gaat van de betaalbaarheid? En op zo.n manier, dat versnellen mogelijk blijft. De woningbouw in Nederland ontwikkelt zich immers razendsnel. Zeker als het gaat om de kwaliteit van de woningen. Dat betekent dat bij nieuwbouwhuizen steeds meer rekening wordt gehouden met toekomstbestendigheid. Mede gelet wordt op hernieuwbare energie, circulariteit, klimaatadaptatie, duurzame mobiliteit, natuurinclusiviteit en een gezonde leefomgeving.
Ook het regeerprogramma onderkent het belang van de koers die al meer dan 140 partners met het Convenant Toekomstbestendig Bouwen volgen. Minister Keijzer ziet voor bovenwettelijke regelgeving vooral een verantwoordelijkheid bij gemeenten en marktpartijen. De sector neemt met het convenant in de hand die verantwoordelijkheid en de partners van het convenant laten zien wat er nu al kan.