Op WEii.nl is het nu mogelijk gebouwen eenvoudig en snel te beoordelen op het werkelijke energiegebruik. De afkorting staat voor Werkelijke Energie intensiteit indicator en maakt op een uniforme wijze inzichtelijk wat een gebouw per vierkante meter per jaar aan energie gebruikt.
“Gebouweigenaren krijgen direct inzicht in de werkelijke energieprestaties in relatie tot gelijkwaardige panden in hun sector”
De basis van de nieuwe tool vormt een breed gedragen, uniforme rekenmethode. WEii is een betrouwbare indicator voor de energie-efficiënte van een gebouw, omdat het op een gestandaardiseerde, objectieve wijze wordt vastgesteld. Een gebouw wordt beoordeeld op wat er op de energiemeter staat en niet wat het in theorie aan energie zou kunnen gebruiken.
Daarmee levert WEii een bijdrage aan het behalen van de klimaatdoelen van Parijs. Door het werkelijke energiegebruik inzichtelijk te maken, is het beter mogelijk om daarop te besparen. Energiebesparende maatregelen zijn dan ook direct terug te zien in de WEii van een gebouw, het werkelijke gebruik loopt terug en dat is terug te zien op de energiemeter.
BENG-norm
De ambitie van het Klimaatakkoord is een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen in 2050 met 95% ten opzichte van 1990. Voor utiliteitsgebouwen wordt voor het realiseren van deze doelstelling vooral ingezet op het vaststellen van een wettelijke eindnorm voor de energetische kwaliteit van gebouwen in 2050.
Daarom moet bijvoorbeeld nieuwbouw voldoen aan de BENG-norm, die is vastgesteld aan de hand van de methode NTA 8800. In de praktijk blijkt er echter een mismatch te zijn tussen het werkelijke energiegebruik van gebouwen en het energiegebruik dat verwacht wordt op basis van een theoretische berekening.
De tool is dan ook, in tegenstelling tot BENG, ontwikkeld om wel inzicht te geven op de werkelijke energie-intensiteit van gebouwen.
Initiatiefnemers
WEii is een initiatief van DGBC en TVVL. Beide organisaties zijn overtuigd van het belang van meten op werkelijk energiegebruik. En ze werken dan ook al volgens dat principe: DGBC introduceerde in 2017 de Paris Proof-aanpak en TVVL is de initiator van WENG (Werkelijk EnergieNeutraal Gebouw).
Die twee doelstellingen voor gebouwen zijn nu verwerkt tot scores op de WEii-ladder, die loopt van heel onzuinig via Paris Proof tot WENG.
WEii is ontwikkeld voor en door de markt. Diverse overheidsinstanties en gezaghebbende marktpartijen hebben de afgelopen jaren in allerlei vormen meegewerkt aan de ontwikkeling van de rekenmethode, van TNO tot E-Nolis en van DWA tot het Rijksvastgoedbedrijf.
Daarnaast is er voor de methode al interesse onder handhavers. Bijvoorbeeld omgevingsdiensten kunnen WEii gebruiken om de energieprestaties van gebouwen snel en correct in beeld te brengen en daarop te handhaven.
Laagdrempelig
Martin Mooij is als programmamanager namens DGBC bij de ontwikkeling van WEii betrokken. Hij ziet grote kansen als het gaat om de toepasbaarheid van de tool. “Het is echt eenvoudig, je hoeft geen techneut te zijn om dit in te vullen.” Dat is volgens hem van groot belang, omdat de energietransitie ‘voor iedereen begrijpelijk moet zijn’.
Daarom blijft hij ook hameren op het meten op het werkelijke energiegebruik: “Het is toch niet meer uit te leggen dat een gebouw een goed energielabel heeft, maar toch te veel energie gebruikt. Het theoretische en gebruik in de praktijk is met WEii direct terug te brengen tot één eenheid: het werkelijke energiegebruik.”