Beton is een materiaal dat niet favoriet is om mee te werken in de bouwsector. De TU/e is echter bezig met het ontwikkelen van beton dat de standaard nadelen moeten weghalen. Zij ontwikkelen het zogeheten warmtebeton.
Dit warmtebeton is esthetisch en technisch gezien beter. De test voor het warmtebeton is het opgebouwde paviljoen dat vanaf de zomer in de ‘achtertuin’ van Vertigo komt te liggen (tussen Vertigo en de Dorgelolaan).
Onderzoekstrajecten
Bij de faculteit Bouwkunde gingen twee onderzoekstrajecten van start om het paviljoen te realiseren. De eerste groep deed onderzoek naar de ontwikkeling van het thermisch isolerend ultralicht-beton. Vervolgens ging de tweede groep van start. Zij onderzochten hoe het materiaal in de praktijk kon worden toegepast. De afstemming van architectuur, constructie en bouwfysica stond in dit tweede traject centraal.
Isolerend vermogen
Het warmtebeton heeft een groot isolerend vermogen, vandaar de naam. Daarnaast maakt het warmtebeton het mogelijk om kozijnloos te beglazen. In de bouw is traditioneel beton niet populair als gevelmateriaal omdat dit bij de overgangen naar ramen en deuren voor veel warmteverlies zorgt; het zogenoemde koudebrug-probleem. Warmbeton beschikt bovendien over een aanzienlijk draagvermogen en is een duurzaam bouwmateriaal. Het is opgebouwd uit kleine bolletjes van gerecycled glas, die met lucht zijn gevuld. Twee derde van het betonvolume bestaat uit lucht.
Weersomstandigheden
Het paviljoen moet de test nog doorstaan. Uit de test zal moeten blijken of het paviljoen alle weersomstandigheden goed doorstaat. Als het beton alle testen goed doorstaat, hebben architecten een nieuw materiaal om mee te bouwen. De TU/e hoopt dat architecten het veel zullen gaan gebruiken.