De woningmarkt zit in de lift. Dat betekent opnieuw goed nieuws voor de bouw. Zowel het consumentenvertrouwen op de woningmarkt, alsook het aantal verkochte woningen, is afgelopen juni wederom toegenomen. De keerzijde is dat er een woningtekort dreigt te ontstaan.
De maandelijkse Eigen Huis Marktindicator steeg in juni naar een nieuwe hoogste stand van 120 punten. Als belangrijke aanjager wordt de historisch lage rente genoemd. Uit cijfers van onderzoeksbureau Kadaster blijkt dat er afgelopen juni 17.862 woningen verkocht zijn. Dat is een stijging 17,9% ten opzichte van juni 2015, en een stijging van 11,2% ten opzichte van mei 2016.
Structureel woningtekort
Volgens de Vereniging Eigen Huis is er meer aan de hand dan hoogcunjunctuur door de lage rente. Zij constateert een dreigend structureel aanbodtekort. Vooral in het Randstedelijk gebied wordt het aanbod steeds krapper, zowel in de bestaande bouw als in de nieuwbouw. “Het gevolg is regionale ademnood; mensen maken minder kans op een passende woning, de prijzen lopen steeds verder op en kopers nemen in hun zoektocht steeds vaker grote risico’s door al hun financiĆ«le reserves in te zetten, of kunnen met geen mogelijkheid nog gebruik maken van een voorbehoud van financierin”, aldus een persbericht van de vereniging.
Pleidooi voor daadkracht
Meldden we afgelopen vrijdag al dat de bouwcijfers in 2016 zeer positief zijn, er is ook al gebleken dat de uitgave van bouwvergunningen achter blijft bij behoefte aan nieuwe woningen. Vereniging Eigen Huis zegt dat er zo’n 70.000 tot 80.000 nieuwe woningen per jaar nodig zijn. “De productie blijft hier al lange tijd bij achter en ook dit jaar komen er niet meer dan 50.000 huizen bij, inclusief de ombouw van kantoren en andere bedrijfsgebouwen.” Daarbij wordt geconstateerd dat opnieuw juist in de randstad, waar veel vraag is, weinig bijgebouwd wordt. Daarom wordt nu gepleit voor daadkrachtig handelen van provincies. Het ontwikkelen van een ‘regionale woonvisie, het vrijgeven van bouwgrond en het organiseren van voldoende woningaanbod’ zou niet aan individuele gemeenten overgelaten moeten worden.