Leeuwarden rekent herbruikbaarheid terug naar restwaarde eigen gebouwen

Leeuwarden rekent hergebruik terug naar restwaarde eigen gebouwen

In opdracht van de Koninklijke Metaalunie, FME en ministerie van Economische Zaken ontwikkelde Alba Concepts vorig jaar een rekenmodel voor het bepalen van de financiële restwaarde. Een eerste versie van het rapport en de methode werden medio 2022 gelanceerd. Vervolgens zijn meer dan 75 producten doorgerekend voor de einde levensduur-scenario’s ‘hergebruik’ en ‘recycling’. Daarnaast blijkt het rekenmodel waardevol voor gemeentes.

“Men ontwikkelde de ‘restwaarde tool’ om bedrijven richting circulariteit te bewegen”

Restwaarde gebouwen

Koploper is de gemeente Leeuwarden, waar recentelijk in de gemeentelijke verordening is vastgelegd om niet meer ‘naar nul’ terug te rekenen, maar naar de restwaarde zoals berekend door de tool. Dit geldt dus voor al eigen gebouwen, zoals sportcomplexen, bibliotheken en scholen.

Financiële restwaarde

Het doel van de opdracht was om een centrale bepalingsmethode voor financiële restwaarde van industrieel vervaardigde producten te ontwikkelen. Alba Concepts bedacht samen met Circonnect de restwaarde tool om bedrijven richting circulariteit te bewegen.

Bouw- en maakindustrie

Inmiddels zijn 75 cases doorgerekend om de tool van de juiste data te voorzien. Alba zet de tool voornamelijk zelf in binnen projecten voor de bouw- en maakindustrie. Bedrijven die zelfstandig aan het werk willen, krijgen twee uur begeleiding aangeboden. Bij de gemeente Leeuwarden is het rekenmodel nu ingezet bij het bepalen van de afschrijvingsgrondslagen.

“Als je inzichtelijk maakt hoeveel waarde er wordt weggegooid, geeft dit indirect een motivatie om een product daadwerkelijk te hergebruiken aan het einde van de levensduur”

Niet tot nul afschrijven

Als eerste gemeente in Nederland schrijft Leeuwarden nu dus af op circulaire gebouwen en infrastructuur en wordt de tool ingezet bij verschillende grote woningbouwprojecten in de gemeente. In de financiële verordening is een circulaire waarde opgenomen voor de hergebruikwaarde van grondstoffen en materialen. Voorwaarde is wel dat er een minimale losmaakbaarheidsindex van 55 procent wordt gerealiseerd.

Dit kan worden aangetoond met behulp van het zogenaamde ‘meetinstrument B CI gebouw’, een methode om inzicht te krijgen in de milieu-, CO2- en circulariteitsprestatie. De circulaire gebouwen en infrastructuur hoeven nu niet tot nul te worden afgeschreven, maar tot 90 á 95 procent van de investeringswaarde.

In navolging van Leeuwarden zijn andere gemeenten inmiddels vervolgstappen aan het zetten en nemen hogere financiële restwaarden mee in de afschrijvingsgrondslagen. Het rapport over de doorontwikkeling van de tool is hier te lezen.

Samengevat

“Het doel van het onderzoek ‘Normering financiële waardebepaling’ is het ontwikkelen van één door de markt en overheid gedragen centrale bepalingsmethode voor financiële restwaarde van industrieel vervaardigde producten. Betrouwbare informatie over de financiële restwaarde kan nagenoeg de gehele bouwkolom meer zekerheid bieden om businessmodellen te veranderen, nieuwe service- en verdienmodellen op te zetten of zelfs partijen te stimuleren om andere posities in de kolom in te nemen. Het inzichtelijk maken van financiële restwaarde heeft daarmee een positief effect op het haalbaar maken van circulaire business cases en stimuleert op deze manier een circulaire maakindustrie en bouweconomie”, zo berichten CIRCO en Alba Concepts.

Auteur: Anke van Ravensteijn. Beeld: A. Havelaar-123RF

Leeuwarden rekent hergebruik terug naar restwaarde eigen gebouwen. Lees ook:
Herbruikbaarheidsscan Rijkswaterstaat versoepeld circulariteit.
Rekentool losmaakbaarheid als hulp naar meer circulariteit.

Advertisment ad adsense adlogger